“Wel niet” vind ik een wat vreemde constructie. Maar uiteraard kan het alleen een groot auteur als Ernest Claes zijn die ons binnen de korste keren in de buurt brengt van de A.D.A.!
Archive for april, 2008
In Reactie op MC PVC
april 19, 2008The Importance of Being Earnest
april 13, 2008
Vooruitgang geboekt… Weet jij nog wat je gedaan hebt op woensdag 26 november 1958? Tussen 15u en 18u? Ik wel. Ik zat in het pand op de hoek van de Naamsestraat met de Sint-Michielsstraat – ‘Nothing Really Ends’ van dEUS : zacht briesje door mijn hoofd- , in de schaduw van de Boom van het Groot Verdriet, in de Standaard Boekhandel. Er was een signeersessie aan de gang. Lange rijen. Achter het tafeltje zat een man in zwart pak. Zijn ogen nauwelijks te zien. Blinkende brilglazen. King of cool. Met een hoed op. Hij leek op Blixa Bargeld. Wellicht immiteert hij hem. Claes, want over hem ging het, Ernest Claes, de grote katholieke volksschrijver, rookte constant fijne sigaartjes. Ernest Claes net als Roy Orbison en Johnny Cash altijd in het zwart. Gothic zou ik niet durven zeggen. De Vlaamse Reus had de looks van Sinterklaas en de missionaris. Een kruising in de statiestraat…
Ter gelegenheid van het verschijnen van zijn nieuw succesboek, Leuven, o dagen, schone dagen!, hield de auteur, “die nog altijd een even grote vriend is van de studenten en van de Leuvenaars“(zo had het in de krant van oma en opa aangekondigd gestaan) , vlak na de Antwerpse boekenbeurs, een promo-tournee. In zijn boek “over Leuven, Laven, Cafébazen en Diensterjes” maakt de sterauteur gewag van gargantueske zuippartijen in stamkroeg de “Salvator”. Die bevond zich op het nummer 37 van de in 1837 aangelegde Statiestraat… 25 augustus 1914 is bepalend geweest voor het uitzicht van de straat. Rond 20uur ontstond aan het station een schietpartij. Niets nieuws onder de zon. Nothing really ends. Een handgemeen om een Louvanaise? Opgezet spel? Een voorsmaakje van de Reichtstagbrand? Of gewoon te warm geweest die dag? De vijandelijke troepen veranderden in een zwerm horzels. Vanaf dat moment beschouwden de Duitsers de Leuvenaars als franc-tireurs. Wilde schutters, dolle schutters. Zootje ongeregeld. die de invallende troepen proberen schade toe te brengen. Speldenprikken, eigenlijk. Er werd gezegd dat er massavernietigingswapens aanwezig waren. Securitate snipers Boekarest, december1989, Sader City, Bagdad, 2005. Heel even ligt het allemaal aan de Dijle. Stella-guerrilla. Het begrip stamt uit de Frans-Duitse Oorlog van 1870-1871, toen Franse geïsolleerde burgers actie ondernamen tegen de Duitse indringers… Voor het jagen van hazen heeft men een vergunning nodig. Op franc-tireurs waren de internationale overeenkomsten over de behandeling van krijgsgevangenen niet van toepassing. De hotels waar Duitsers ingekwartierd waren werden verlaten en in brand gestoken. Was het een uit de hand gelopen caféruzie? Op het stationsplein werden stante pede 29 mensen gefusilleerd. Achteraf werd het omgedoopt tot Martelarenplein. De paranoia kreeg vrij spel. Een orgie van geweld. Apocalyps Now en Spaanse Furie in Leuven. Tussen de stationsbuurt en het hart van de stad. In de Diestsestraat, in de Justus Lipsiusstraat, de Parijsstraat en op de Oude Markt werden tientallen huizen met fosfortabletten in brand gestoken. Het werd iedereen verboden de branden te blussen. Dit stadje moest branden… De zwaar gehavende Statiestraat werd achteraf omgedoopt tot Bondgenotenlaan… Statiestraat 37. Het is bij benaderig niet aan te geven welk pand dat is. Bontgenotenlaan: Op de gevels een palimsest van huisnummers. Werd er op dezelfde manier geteld?
Papier is geduldig, sprak ik die woensdag in 1958 tot mijn lieve ouders. Zij hadden een slagerij. Waren heel blij met mij. Ik voelde dat ik hun iets heel belangrijks te melden had. In hun nog jonge leden waren ze tot dan toe nog maar alleen in contact gekomen met papier uit de zaak. Drie soorten. Vetvrij inpakpapier. (Ik gebruikte het om te calqueren: tekeningen natrekken door het doorschijnend papier). Oud-rose inpakpapier (typerend voor de vleesverwerkende kleinhandel uit die dagen). Ook kon het gebeuren dat verschillende pakjes samen gehouden werden door krantenpapier… Het is een countdown. Op 47 de Sleghte. Slechts bij benaderig kan ik gissen waar nr. 37 geweest is. Of het is een spookhuis. Wind steekt op… Het hoekje omgaan betekent dat men de weg kwijt raakt.
MARS
april 9, 2008
Geen seconde te vroeg! Wie vooruit wil in het leven moet altijd ook eens achter zich kijken (eergisteren, maandag bvb. was er brand bij Vital, de mosselboer) en wie iets over Leuven wil zeggen moet ook geregeld eens kijken wat er in Kessel-Lo gebeurt. Op 27 maart jl. is daar een arbeider verongelukt. Aan de kop van Kessel-Lo. Een instabiele wand is ingestort. In de gietende regen. Geen weer om een hond door te jagen. Ik prijs me gelukkig dat we niet in China wonen, waar een arbeider minder te bassen heeft dan hier in de negentiende eeuw… En ik wou vooruit, maar ik kon niet verder… Na een wedstrijd die afgeblazen is. De mensen wisten niet met welke prijzen ze zich nu een pleziertje zouden kunnen doen. Ik heb dat allemaal van mijn blog gehaald en vernietigd. Zoals de affiches die hier en daar in het wild fladderden, langs de bushokjes op de Diestesteenweg. Een paar kwaaie arbeiders hadden zelf een affiche gemaakt. Een muurkrant? Enkele zinnen die bij hen opgekomen waren na de dood van hun werkmakker. Ze hadden geschreven dat het geen toeval was geweest dat er een dode was gevallen! Hoe lang nog moeten wij hun paleizen bouwen had erbij gestaan? Nog een geluk dat dat allemaal schoon opgeruimd is vandaag. Echte politieker weten dat zij hun teksten moet laten schrijven door mensen die daar verstand van hebben. Niet zo maar wat dingen in het wilde weg neerpennen… Hier sta ik nu, na weken van onderbrekingen. Van alles dat er gebeurd is. Opgetreden, aangetreden, werken, zuchten en zweten. Knutselen. Toch nen schonen hobby, zo in uw poëzietje schrijven! terwijl ’t werkvol in de gietende regen zit te verzuipen! Het wordt tijd dat ik weer mijn stoute schoenen aantrek. En maken dat ik mij niet vergis. Vanaan het monument van Justus Lipsius verder gaan. Vertrekken. En uitkijken dat ik niet de Van Benedenstraat (Pierre-Joseph van Beneden (Mechelen 1809-Leuven 8 januari 1894) afloop, daar heb je links een parking. Verschillende verdiepingen op elkaar. Een appartement voor auto’s. Zeer on-Leuvens! Het parkeergebouw is organisch vergroeid met de GO-sport. In deze handelszaak krijgt men een goed inkijk op wat mondiaal in sweatshops gereëerd wordt. Als men dan de Diestsestraat oversteekt komt men in de Sint-Maartensstraat. Het straatje heeft echt de vorm van een flessenhals. In zoiets verzuip ik nogal makkelijk. De hals ontkurkt zich in de Diestsestraat. De fles is bodemloos. Verdwijnt aan het eind in de Rijschoolstraat. Ook zou ik als ik daar langs zou lopen mij zeker weer zitten vergapen aan het ouderwets hemelsblauwer straatnaambod: St. Martensstraat/Rue St. Martin. Heerlijk is dat! In het stuk dat parallel loopt, in de Vital Decosterstraat zat de cinema Lovanium. Werd mij onlangs bij hoog en bij laag bevestigd.
Gelukkig sta ik hier weer met mijn beide voeten op de grond. Klaar om te vertrekken. Vanaan de Justus Lipsius. Ik ben bereid om er weer flink de pas in te zetten. Met de Olympisch vlam in de pijp! Kan niet wachten om mijn weg te vervolgen verder de Bondgenotenlaan op. Of is het af?