Archive for 4 maart 2008

WE CALL UPON THE AUTHOR *

maart 4, 2008

hpim0016-2.jpghpim0013-2.jpghpim0011-2.jpg hpim0016-2.jpg

(foto’s Dirk Hermans) 

De grond wordt mij te heet onder de voeten. Ik duizel, struikel, val, bijna. Een café weet mij nog staande te houden. “Café Sport”. Ik stap binnen, beschrijf gelijk met het café een L-vorm, neem de binnenweg, the short cut. Daarom leest u hier nu vandaag geheel naar waarheid niets over het “Café de La Gare” (op de hoek).

Ik kom uit op het Martelarenplein. De benedenverdiepingen zijn onbewoond. De mensen wonen in de lucht. In de wolken, boven de uitlaatgassen. Paalwoningen. Het heeft iets van de hangende tuinen van Babylon. Het Martelarenplein -Square of the Death Souls? -Het Plein der Dode Zielen? – middendoor gesneden door de ring. Leuven in de ban van de ring.

In de hoek rechts ligt Het Depot, de concertzaal. Pure fifties grandeur. Vroeger was dit Cinéma Eden. Rekte zijn bestaan als sekscinema. Alsof deze buurt, die Storryville aan de Dijle, altijd iets gehad heeft met seks. Aan de statie is ammusatie! (On de stoose es amusoose) . Daarna was het een opnamestudio voor VTM, en daarna zat het Vlaams Radio en Televisieorkest er…

Op zaterdag 19 januari 2008 heb ik er optreden. 8 minuten. Voor Red Zebra en The Kids. Nostalgie deed de zaal uit haar voegen barsten. Speciaal voor de avond had ik de P.A.P. opgericht. Punks Agains Punk. Het was een uitgelezen gelegenheid om nog eens terug te koppelen naar dezelfde ritmes en rauwheid die ik toegepast in mijn beginperiode…. 30 jaar – en minstens evenveel kilo geleden – daarin ligt de ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Ik trad aan, vederlicht. In snelle 1977-pretpunk tempo’s. John Cooper Clarck achterna. Ik laafde mij aan de reggaegedichten van Linton Kwesi Johnson. De taal droeg ik als een muilband. Demosthenes kwam, zag en overwon het eigen spraakgebrek , met keien in de mond overstemde hij het gebral van de branding. Bierglazen vlogen in het rond. Piepende microfoons en luchtpijpen. The Piper at the Gates of Dawn. Pink Floyd in Leuven, Rijschoolstraat 1968. Scheldpartijen. Dadaïstische vechtpartijen, kamikaze-acts, microfoons kapot brullen en Publikumsbeschimfung. Nooit gedacht dat poëzie mensen zo zou beroeren…

Alsof de tijd stil gestaan had, zo logen de reacties er die januariavond in 2008 evenmin om. Vanaf mijn verschijning op het podium begonnen een boel mensen te brullen te lallen te schelden te roepen te tieren –simultaanpoëzie – dat ze geen jota snapten van wat ik deed, dat het te luid was, en te snel. Er ontstond tumult met diegenen achter hun die het wel begrepen, maar nu ook niets meer konden horen. Een pokkenheisa! De volgende fractie van een seconden gingne tienduizend poppetjes aan het dansen. En ik, die zag dat het goed was, betreurde dat ik niet enkele minuten erbij kreeg –tegenwoordig hebben zelfs ouwe punks een regisseur. Onderwerpen zich gewillig aan de dictatuur van de formats. Een kleine verlenging en gegarandeerd zouden voor- en tegenstanders, vrienden van de poëzie, met elkaar op de vuist gegaan zijn. Altijd mooi hoe poëzie mensen nader tot elkaar brengt.

Na 480 sec. verdween ik van het podium en verliet (uit veiligheidsoverwegingen) – zoals vandaag het pand langs de achterdeur. Dit is een land van achterdeuren en binnenwegen. Labyrintisch is mijn parcours. Ook hier een L-vorm. De stad van hoeken en haken, ontworpen door MC Escher. Ik trek een rolluik op en sta plots in het schitterende licht van de Bontgenotenlaan.

* Beste Sabam, de titel heb ik gejat van de nieuwste Nick Cave CD. Je bent een fan of je bent het niet.