Archive for 4 december 2006

Koud (winterse vertelling opgetekend tijdens het Belgisch EU-voorzitterschap in 2001.)

december 4, 2006

Brussel, 14 december 2001. In geen tijd werd mij gedemonstreerd de etymologie van ‘handschoenen’. Een meisje diepte een paar sokken uit haar rugzak en gaf ze aan de verkleumde Portugese jongen. Hij trok de sokken over zijn handen.

Uit alle hoeken van de wereld waren ze gekomen, uit scheuren, spleten en spelonken, verzameld in het diepgevroren hart van het Oude Continent: de bezette stad Brussel.

De werelhandelsorganisatie, de Navo, de Europese Ronde Tafel… niets kon die dag het enthousiasme temperen. Men liep zich warm in een mars op het koninklijk paleis in Laken. Halverwege liepen ze verloren in iets dat het midden hield tussen een file en een omleiding.

’s Avonds, zoals alle 9.999 vorige avonden, spookten bête t.v.-programma’s door de living. Op het scherm verscheen de woordvoerster van de eenheidspolitie, de Noël Slangen in travestie. Een waterkanon dat honderden mensen, ondanks de bijtende koude natspoot, werd in de warmte van haar zoetgevooisde mondje moeiteloos omgetoverd tot een «sproeiwagen».

Eén zin bleef me bij: “Als zij dan toch met alle geweld willen betogen vragen wij hen vriendelijk te vertrekken.”

Gelukkig hebben wij tegenwoordig geen Rijkswacht, meer.

In elk geval, de toestand is weer onder controle. De betoging verliep kalm. Dit ondanks een zeer kleine minderheid die van begin tot einde voor problemen bleef zorgen. Tot aan de aftrap lieten zij de deelnemers in de kou staan over het te volgen parcours. In weerwil van de gastvrijhzeid die dit land sedert mensenheugenis siert, weigerde men, speciaal voor de gelegenheid, buitenlandse betogers slaapgelegenheid. Politielaarzen stampten twee meisjes recht de straal in van een sproeimachine

Achteraf te moeten vaststellen dat voor de overweldigende meerderheid het koningshuis eerder een bron van amusement dan van irritatie is, komt aan als een koude douche.

Het was zoals die keer toen wij, op een zondag ergens na 11 september naar de hoofdstad kwamen in de ijdele hoop een oorlog vooralsnog af te wenden. Net op het moment dat men de betoging ontbond, werd elders de jacht op de Afghaanse windhonden geopend.

Als de zon het zwakst is verblindt zij het meest…